De uitvinders en verspreiders van het voetbal hebben zichzelf eenmaal tot wereldkampioen weten te kronen. Het in eigen land georganiseerde WK werd in 1966 gewonnen na een bloedstollende finale op Wembley tegen West-Duitsland. Sindsdien heeft Engeland nog eenmaal de halve finale gehaald (in 1990), waar hetzelfde West-Duitsland won na het nemen van penalty’s. Een andere ‘angstgegener’ is Argentinië, dat in de kwartfinale van 1986 en de achtste finale van 1998 te sterk was. Vooral de ‘hand van god goal’ en de slalom langs acht Engelsen van Diego Maradona staat velen nog op het netvlies gegrift.

Engeland Tegen Nederland

Nederland en Engeland hebben tot 1988 louter vriendschappelijke wedstrijden gespeeld. Tot 1912 was Engeland vele malen sterker, uitslagen als 12-2 en 8-1 zijn hier een goed voorbeeld van. Later werd het klassenverschil kleiner totdat Oranje met Johan Cruijff in 1977 op bezoek ging op Wembley, uitslag 0-2 doelpunten van Jantje Peters. Tot nu toe (oktober 2005) werden er 21 vriendschappelijke duels afgewerkt, waarvan Engeland er 11 won, Nederland won er 4 en 6 maal werd het een gelijkspel.

Tijdens het EK 1988 won Nederland in Düsseldorf met 3-1. De Engelse TV commentator John Motson omschreef het als volgt: “England 1, Marco van Basten 3.” Twee jaar later op het WK 1990 bleef het 0-0, terwijl Engeland zijn finest hour van het EK 1996 beleefde toen Nederland op Wembley van het veld geblazen werd, 4-1. Tussendoor werden er in 1993 ook een tweetal WK kwalificatiewedstrijden afgewerkt. De eerste eindigde na een gescoorde strafschop van Peter van Vossen in 2-2, de terugwedstrijd in de Kuip eindigde in een 2-0 overwinning van Nederland. Hierdoor liep Engeland het WK 1994 mis.